Het klimaat verandert als gevolg van de toename van CO2 (kooldioxide) in de atmosfeer. CO2 komt vrij bij verbranding van fossiele brandstoffen (aardolie, gas, kolen). Dit willen we niet en daarom zijn er alternatieve energiebronnen nodig. Een daarvan is windenergie. Windenergie is belangrijk om de Nederlandse doelen voor klimaat en duurzame energie te halen. Volgens de EU-richtlijnen moet duurzame energie in het jaar 2020 ten minste 20% van Europa's energieverbruik uitmaken. Nederland heeft een doelstelling van 14% in 2020 opgelegd gekregen. Binnen het kader van het Energieakkoord spannen overheid en marktpartijen zich in om deze doelstelling te halen. Ook is een verdere stijging afgesproken naar 16% in 2023. Windenergie is een belangrijke vorm van duurzame energie waarmee Nederland deze doelstelling kan halen.

Naast windenergie op land wordt volgens afspraken in het Nationaal Energieakkoord ook fors ingezet op wind op zee. Om aan de afspraken uit het akkoord te kunnen voldoen is een mix van meerdere energievormen nodig. Eind 2012 was in Nederland circa 2.200 MW aan windvermogen gerealiseerd. Naast grote windparken van meer dan 100 MW moeten ook kleinere windparken worden gerealiseerd om de doelstelling te halen. Het is dus de doelstelling 4450 MW op zee én 6000 MW op land.

De ambitie voor de gemeenten Leudal, Nederweert, Peel en Maas en Weert is dat ze voor een deel kunnen voorzien in de eigen energiebehoefte door de opwekking van schone energie. De gemeenteraden van de vier gemeenten hebben dit vastgelegd aan de hand van overeengekomen uitgangspunten windenergie.

De vier gemeenten zijn vooruitstrevend op het gebied van duurzaamheid. Dit dankzij goede samenwerking met partners en betrokkenheid bij lokale burgerinitiatieven. Zij vinden het belangrijk een bijdrage te leveren aan hernieuwbare of duurzame energie; toekomstgericht en innovatief. Daarom staan de gemeenten open voor windenergie. Natuurlijk mits omwonenden betrokken zijn bij initiatieven en opbrengsten worden ingezet voor de lokale gemeenschap.

De initiatiefnemers voor ontwikkeling van windenergie kunnen bestaan uit ontwikkelaars, (energie- of burger)coöperaties, bedrijven/instellingen/agrarische ondernemers en grondeigenaren. Het kunnen ook andere samenwerkingsvormen zijn. In de betreffende gemeenten zijn dan ook verschillende initiatiefnemers. Overigens is er bij elke gemeente een coöperatie betrokken bij de ontwikkeling en zo inwoners uit het gebied.

De initiatiefnemers:

Download de folder voor meer informatie over de initiatiefnemers.

Ja, absoluut, dat is zelfs de bedoeling. Zowel de gemeenten als initiatiefnemers vinden het belangrijk om met omwonenden in gesprek te gaan over hoe u het beste betrokken kan worden bij de vervolgstappen van de ontwikkeling van windenergie. Dat gaat over hoe u geïnformeerd wil worden maar ook hoe de omgeving meeprofiteert van een windpark. In de uitgangspunten die de gemeenten hebben opgesteld is zelfs opgenomen dat windparken bij voorkeur in coöperatief verband moeten plaatsvinden en dat opbrengsten zoveel mogelijk terugvloeien in de lokale gemeenschappen. Hiervoor worden profijtplannen opgesteld!

Er is in dialoog met de omgeving vormgegeven aan een locatie-ontwikkeling. Ook in de vervolgfase wordt er in gesprek gegaan met de direct omwonenden en andere stakeholders. Per gemeente worden het bestemmingsplan en de vergunningen opgesteld en ingediend. Het proces om te komen tot een windmolenpark is op te delen in vijf grote stappen:

1. 2016: Beleidsontwikkeling
2. 2016-17:Initiatieven verkennen
3. 2018: Planfase (status op dit moment)
4. 2019-2020: Bouw windmolenpark
5. 2021: Exploitatie

Inspraak kan tijdens de planfase. Voor een grafische weergave van het proces klik hier.

Er is een kans dat projecten niet doorgaan. Gedurende het ontwikkeltraject kunnen er onvoorziene omstandigheden naar boven komen die leiden tot een project dat niet haalbaar is. Dit kan te maken hebben met belemmeringen uit de omgeving (ruimtelijk, milieu, impact, onoverbrugbare belemmeringen ed.), financiële belemmeringen (bv geen SDE+) of procedurele onoverbrugbare belemmeringen. Betrokkenen gaan daar echter niet van uit en hebben de intentie om windenergie tot realisatie te brengen.

De locaties zijn per gemeente bekend. Hoe de turbines precies ingepast worden is nog niet definitief. Voor een kaartoverzicht van de locaties klik hier.

Dat is per gemeente verschillend. In de gemeente Leudal komen twee nieuwe windparken (Heibloem en Kookepan). In totaal gaat het om vijf molens. In gemeente Nederweert is de locatie Ospeldijk waar vier windmolens gepland staan. In Peel en Maas staan vijf molens ingetekend in windpark Egchelse Heide. Gemeente Weert heeft in Windpark Weert aan de A2 drie windmolens gepland. Zie de kaart.

Hoe hoog dit zal zijn vind u in de afzonderlijke plannen van de initiatiefnemers. De huidige windturbines op land hebben een masthoogte van 100 tot 140 meter en een rotordiameter van 100-140 meter. Dit maakt de hoogte van de huidige turbines tussen de 150 en 210 meter.

Ontwikkelaars, (energie- of burger)coöperaties, bedrijven/instellingen/agrarische ondernemers en grondeigenaren kunnen zich bij de vier gemeenten melden als zij interesse hebben een windpark te ontwikkelen. Echter conform de opgestelde uitgangspunten van de gezamenlijke gemeenten heeft elke gemeente zich ten doel gesteld ten minste een windpark te ontwikkelen. Elke gemeente heeft reeds een initiatief omarmd. Het ontwikkelen van nieuwe projecten is aan de individuele gemeente.

Dat is sterk afhankelijk van waar u woont en waar u hinder van ervaart. Gemeenten en initiatiefnemers vinden het belangrijk dat hierover gesproken wordt met omwonenden. Dit om te verkennen wat de mogelijkheden zijn om eventuele hinder te verminderen. Uiteraard blijft alles binnen alle wettelijke eisen. Er worden alleen vergunningen afgegeven als aan de wettelijke eisen wordt voldaan.

Het geluid dat u hoort is afhankelijk van de gekozen turbine, de plek vanaf uw woning of werkplek. Ontwikkelingen blijven binnen de wettelijke geluidsnormen.

Als de zon op de mast en rotor van een windturbine schijnt, krijg je een stilstaande en bewegende schaduw op de grond: slagschaduw. Afhankelijk van de definitieve locatie van de turbines zorgen initiatiefnemers voor zo weinig mogelijk hinder. Voor de bepaling van wat hinderlijk is, wordt aangesloten bij landelijk beleid rondom dit thema

Windturbines moeten aan zeer strenge wettelijke veiligheidseisen voldoen. Hierop wordt getoetst bij de aanvraag en verlening van de vergunningen. Er wordt rekening gehouden met de wettelijke en onderzochte veiligheidseisen en turbines worden op gepaste afstand van woningen of andere functies geplaatst.

Windmolens hebben invloed op natuur en dieren. Daar zal ook rekening mee worden gehouden. De flora- en faunawetgeving stelt daar ook voorwaarden aan.

Natuurlijk vindt compensatie plaats volgens de wettelijke eisen. Als voor omwonenden of omliggende bedrijven is onderzocht en vastgesteld dat ze schade hebben aan hun eigendommen (bijvoorbeeld waardedaling van hun woning of pand) dan wordt dat vergoed. De realisatie van windenergie heeft effect op de omgeving. De vier gemeenten hebben in de uitgangspunten opgenomen dat niet alleen de lasten maar óók de lusten ten goede moeten komen van de inwoners en de lokale gemeenschap. De lasten probeert eenieder zoveel mogelijk te beperken. In overleg met de omgeving is het zaak om invulling te geven aan hoe het gebied kan profiteren van windenergie.

Dat is in de wet geregeld. Wie kan aantonen dat zijn huis door de komst van windmolens echt minder waard is geworden, komt in aanmerking voor planschade. Een dergelijk verzoek voor planschade dient u tijdens de procedure van het bestemmingsplan in bij de gemeente.

Windmolens zijn landschap overstijgend. Er wordt rekening gehouden met de effecten van de windturbines op het landschap. Daarnaast wordt er een zo rustig mogelijk beeld voor de omgeving gecreëerd. Zo zal een windturbine minder effect hebben op landschap als het landschap bestaat uit grote kavels. Naast het landschap hebben verschillende opstellingen met windturbines effect. Een lijnopstelling heeft minder effect op het landschap dan een zwermopstelling. Dat is de reden dat er enkel lijnopstellingen gerealiseerd worden.

Kerncentrales en steenkolencentrales zorgen, al dan niet door regelgeving, voor goedkopere elektriciteit dan windmolens. Windenergie kan daardoor op dit moment niet concurreren met fossiele/grijze energie. Het Rijk stimuleert opwekking van duurzame energie met de zogenaamde SDE+-regeling waardoor o.a. windenergie mogelijk wordt. Uitgaande van de kostprijs is windstroom de goedkoopste vorm van schone energie.

Echter grijze stroom krijgt ook indirect steun van de overheid en kost belastinggeld. Enerzijds door de voordelen die bedrijven krijgen, denk aan investeringsaftrek. Anderzijds gaat belastinggeld naar nadelige effecten van fossiele energie. Denk aan de grote hoeveelheden CO2 die uitgestoten worden en de daardoor oplopende kosten voor bijvoorbeeld gezondheidszorg en klimaatmaatregelen.